Als uw apparaat niet genoeg virtueel geheugen heeft, kunt u de grootte aanpassen met Instellingen en Opdrachtprompt. In dit Windows 10 artikel laten we zien hoe u dit doet.
In Windows 10 is virtueel geheugen, of wisselbestand, een essentieel onderdeel en een verborgen bestand. Het is ontworpen om minder vaak gebruikte aangepaste pagina’s die door de RAM aan de harde schijf zijn toegewezen, te verwijderen en tijdelijk op te slaan.
Door deze benadering te gebruiken, kan het systeem prioriteit geven aan het sneller fysiek geheugen voor frequentere processen en applicaties. Hierdoor worden de algehele prestaties verbeterd en wordt voorkomen dat het apparaat vastloopt als het systeemgeheugen vol raakt.
Daarnaast is het wisselbestand belangrijk om crashdumps te ondersteunen tijdens een systeemcrash, of Blue Screen of Death. Omdat zonder een voldoende groot wisselbestand geen dumpbestand met alle inhoud van het systeemgeheugen kan worden gemaakt.
Hoewel het systeem redelijk goed werk verricht door de grootte van het wisselbestand automatisch te beheren op basis van verschillende factoren, moet u soms nog de standaardwaarden voor virtueel geheugen handmatig verhogen. Wanneer u bijvoorbeeld het bericht: Uw systeem heeft weinig virtueel geheugen ziet. U merkt na verloop van tijd trage prestaties of een bepaalde toepassing vereist specifieke parameters om te werken zoals bedoeld.
Wat gaan we doen
Als u problemen ondervindt met virtueel geheugen, het apparaat niet genoeg geheugen heeft of als u de systeemprestaties probeert te verbeteren, kunt u met Windows 10 de grootte van het virtuele geheugen op ten minste twee manieren vergroten met behulp van de Instellingen app en opdrachtprompt.
In dit Windows 10 artikel leiden we u door de stappen om het virtuele geheugen te vergroten. En zodoende de reactiesnelheid van het systeem te verbeteren.
- Virtueel geheugen vergroten met Instellingen;
- Zo vergroot u virtueel geheugen met behulp van de opdrachtprompt.
Virtueel geheugen vergroten met Instellingen
Waarschuwing: Ook al kan iedereen de grootte van het wisselbestand wijzigen, toch wordt het aanbevolen om deze instructies alleen te gebruiken als u een geldige reden hebt en als u weet wat u doet.
Gebruik deze stappen om de virtuele geheugengrootte op Windows 10 aan te passen:
- Open Instellingen.
- Eerst klikt u op Systeem.
- Scroll naar beneden in het linker deelvenster en klik op Info.
- In het rechter deelvenster onder Verwante Instellingen klikt u op de optie Geavanceerde systeeminstellingen.
- Hierna klikt u op het tabblad Geavanceerd.
- Om vervolgens in het gedeelte Prestaties op de knop Instellingen te klikken.
- Vervolgens klikt u op het tabblad Geavanceerd.
- Onder het gedeelte Virtueel geheugen klikt u op de knop Wijzigen.
- Schakel de optie Wisselbestandsgrootte voor alle stations automatisch beheren uit.
- Selecteer de optie Aangepaste grootte.
- Geef de begin- en maximumgrootte voor het wisselbestand op in Megabytes (MB).
Tip: De grootte van het virtuele geheugen (het wisselbestand) is uniek voor elk apparaat en kan niet worden gegeneraliseerd. Meestal wordt echter aanbevolen om een getal te gebruiken dat anderhalf keer het totale beschikbare geheugen is. Voor de Initiële grootte anderhalf keer en drie keer het beschikbare geheugen voor de Maximale grootte, indien mogelijk.
- U klikt op de knop Instellen.
- Hierna klikt u op de knop OK.
- Dan nogmaals klikken op de knop OK.
- Start nu uw apparaat opnieuw op.
Als u de stappen hebt voltooid, zou u een prestatieverbetering moeten opmerken bij het navigeren door Windows 10 en bij het tegelijkertijd uitvoeren van meerdere apps.
Wanneer u de wijzigingen ongedaan wilt maken, kunt u dezelfde instructies gebruiken. Maar zorg ervoor dat u de optie Wisselbestandsgrootte voor alle stations automatisch beheren aan zet (aanvinken). Start uw apparaat hierna opnieuw op.
Zo vergroot u virtueel geheugen met behulp van de opdrachtprompt
Gebruik de volgende stappen om de grootte van het wisselbestand met de opdrachtprompt te wijzigen:
- Open Start door er met de Rechtse muisknop erop te klikken.
- U ziet de Opdrachtprompt met (administrator) staan, klik erop.
- Typ de volgende opdracht om de huidige status van het wisselbestand te begrijpen en druk op Enter:
wmic pagefile list /format:list
- Typ de volgende opdracht om van formulierbeheer over te schakelen naar aangepast virtueel geheugen en druk op Enter:
wmic computersystem where name="%computername%" set AutomaticManagedPagefile=false
- Typ de volgende opdracht om de initiële en maximale grootte van het virtuele geheugen in te stellen en druk op Enter :
wmic pagefileset where name="C:\\pagefile.sys" set InitialSize=UW-INIT-GROOTTE,Maximumgrootte=UW-MAX-GROOTTE
In dit voorbeeld wordt het wisselbestand ingesteld op “9216” en “12288” megabytes voor de initiële en maximale grootte:
wmic pagefileset where name="C:\\pagefile.sys" set InitialSize=9216,MaximumSize=12288
- Typ de volgende opdracht om uw computer opnieuw op te starten en druk op Enter:
shutdown -r -t 00
Nadat u de stappen hebt voltooid, begint het apparaat de nieuwe waarden voor virtueel geheugen te gebruiken, wat, indien correct gedaan, zou moeten helpen om de systeemprestaties te verbeteren.
Als u de aangepaste grootte voor virtueel geheugen niet langer hoeft te gebruiken, kunt u de wijzigingen altijd terugdraaien en Windows 10 deze functie laten beheren met deze opdracht:
wmic computersystem where name="%computername%" set AutomaticManagedPagefile=true
- Start uw apparaat opnieuw op.
Eerst testen
Ook al wordt het aanbevolen om anderhalf keer het beschikbare geheugen te gebruiken, voor de initiële grote en drie keer het geheugen met de maximale grootte, moet u ervoor zorgen dat u de wijzigingen goed test. Indien nodig moet u de waarden aanpassen, als uw systeem vastloopt, crasht of als u andere problemen ondervind.
Hoewel het mogelijk is om virtueel geheugen in Windows 10 uit te schakelen, zelfs als u een grote hoeveelheid systeemgeheugen hebt, wordt het niet aanbevolen om deze uit te schakelen. Meestal, als u het wisselbestand uitschakelt, werken sommige toepassingen mogelijk niet meer. Ook sommige systeemfuncties werken mogelijk niet efficiënt; uw systeem kan vreemd gedrag gaan vertonen.